Een literaire avond met Arthur Japin

Arthur Japin

Zoetermeer staat niet bekend om zijn enorme cultuuraanbod. Natuurlijk, het heeft een theater en een bioscoop (waar sinds enige jaren ook het filmhuisaanbod draait), maar het voorheen als forenzenstad bekend staande Zoetermeer is geen cultuurwalhalla. En toch hadden we maandagavond 4 april jl. de schrijver Arthur Japin te gast in de bibliotheek. Chapeau voor de bibliotheekmedewerker die dit voor elkaar heeft gekregen!

Arthur werd geïntroduceerd als een van de grootste schrijvers van Nederland waarop Arthur zelf vanuit de zaal riep dat hij 1 meter 92 was. De avond begon met een korte samenvatting door Arthur Japin zelf van het leven van Vaslav, de hoofdrolspeler van zijn meest recente roman. Arthur gaf de geschiedenis van de balletdanser zeer beeldend weer. En daarna droeg hij voor uit eigen werk. Nee, hij acteerde zijn eigen roman. Hij wist precies hoe hij zijn teksten met het meeste effect moest voordragen. Een prachtig verhaal dat werd verteld door een prachtige man.

Het publiek bestond hoofdzakelijk uit vrouwen, veel in leesclubjesverband, waarvan een groot deel het grijs goed duidelijk in het haar had zitten. En Arthur Japin bewoog zich in dit gezelschap als ware hij niet anders gewend. Hij was charmant en innemend. Een sympathieke man met een statig voorkomen die regelmatig de dames complimenteerde met vragen die hij ongetwijfeld al wel 100 keer eerder had gehoord. En toch gaf hij antwoord als ware het de eerste keer dat hij het antwoord bedacht.

In de pauze signeerde Arthur de nieuw gekochte en de zelf meegebrachte boeken. Die middag had ik ter voorbereiding de uitzending De Wandeling met hem bekeken, waarin hij vertelde dat hij Elisabeth Taylor ooit had ontmoet en dat hij de indruk had dat zij echt oogcontact met hem had gemaakt. En dat deed hij zelf nu ook. Hij signeerde mijn exemplaren van “De Overgave” en zijn dagboeken “Zoals dat gaat met wonderen” en keek me daarna recht in de ogen. Ik was opgetogen.

Na de pauze kon het publiek vragen stellen. Zo kwamen er vragen over vertalingen van zijn werk en vertelde hij dat hij eigenlijk onmogelijk was voor vertalers omdat zij, naar hij vond, nooit zijn werk eer aan deden. Ze maakten immers nooit een exacte kopie van zijn zinnen. Zinnen waar hij zo zorgvuldig aan gewerkt had, woorden die rijmden en een bepaalde cadans hadden. Dat kwam volgens hem in een vertaling bijna nooit tot zijn recht.

Ook ging hij in op de vraag over zijn moeilijke jeugd en hoe hij wel iets gemeen had met de hoofdpersonen in zijn boeken. En hoe hij altijd verliefd werd op zijn hoofdpersonen en alles van ze wilden weten. En dat kon ook want ze hadden allen daadwerkelijk bestaan. Hij vertelde ook dat door zijn openheid over zijn moeilijke jeugd, waarin zijn vader depressief was en een tijd in een inrichting zat, waarin Arthur zelf vaak gepest werd en nergens bij hoorde, journalisten geneigd waren steeds dezelfde vragen hierover te stellen. Hij wilde herinneringen opschrijven die ook leuk waren. Die lagen tussen de momenten die de laatste jaren zo vaak waren herhaald waardoor hij bijna was vergeten dat er zich eigenlijk ook leuke dingen hadden afgespeeld. Die leuke herinneringen moesten ook weer levend worden. Volgens zijn eigen zeggen was hij nu de gelukkigste mens op aarde.

Kijk voor meer informatie over de schrijver op zijn website: www.arthurjapin.nl

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *